Toelichting en duiding bij de recente beslissing van de Vlaamse Taskforce COVID-19 Zorg om alle interne en externe medewerkers en vrijwilligers (incl. studenten, stagiaires, CRA’s/huisartsen, …) van residentiële ouderenzorgvoorzieningen, die in contact komen met bewoners, te verplichten een FFP2-mondneusmasker te dragen:
De Taskforce Zorg baseerde zich voor deze beslissing op volgende elementen.
De circulatie van de omikron-variant (die momenteel de overheersende variant is) kenmerkt zich door een sterke aerosole verspreiding en gaat gepaard met een bijzonder hoog besmettingsrisico. Voor wat betreft de epidemiologische situatie in Vlaanderen zitten we qua besmettingen in een steile, opwaartse lijn. Tegelijkertijd stelt de Taskforce Zorg een toenemend aantal uitbraken vast in de Vlaamse woonzorgcentra , waar een kwetsbare doelgroep samenleeft.
Gezien deze huidige situatie en context is er een consensus over de meerwaarde van FFP2-maskers (uiteraard mits een correct gebruik) om besmettingen én de verdere verspreiding van besmettingen te voorkomen.
De verplichting tot het dragen van een FFP2-masker draagt dus bij tot een betere bescherming van bewoners/gebruikers én medewerkers.
De Taskforce Zorg streeft met deze keuze een uniform en duidelijk beleid na. Een gedifferentieerd gebruik van verschillende soorten mondneusmaskers geeft eerder aanleiding tot discussies over “grijze zones”, onduidelijkheid, enz.
Bovendien is het constant wisselen van mondneusmasker moeilijk hanteerbaar en vanuit infectiologisch standpunt ook niet veilig.
Daarenboven - en dat is niet onbelangrijk - bevordert het verplicht dragen van een FFP2-masker (in combinatie met de inzet van Ag-sneltesten) de terugkeer van medewerkers naar de werkvloer na een hoog-risicocontact.
Bron: Nieuwsflash Agentschap Zorg en Gezondheid